13
april
2010
|
02:00
Europe/Brussels

Daimler AG en Renault-Nissan Alliantie gaan verregaande strategische samenwerking aan

· Samenwerking bij de volgende generatie van de smart fortwo en de Renault Twingo, inclusief de varianten met elektro-aandrijving, alsmede uitbreiding van de productfamilies van smart en Twingo

· Verregaand gezamenlijk gebruik van aandrijvingscomponenten en ontwikkeling van toekomstige projecten voor personen- en lichte bedrijfswagens

· Samenwerking op het gebied van lichte bedrijfswagens

· Eenmalige participatie van 3,1 procent in het stamkapitaal van de respectieve partners

· Verdere synergieën door het gericht aanboren van gemeenschappelijke inkoopmogelijkheden, uitwisseling van belangrijke operatieve processen en delen van 'best practices' tussen de partners


De Renault-Nissan Alliantie en Daimler AG hebben vandaag overeenstemming bereikt over een verregaande strategische samenwerking, die voor beide ondernemingen op korte termijn voordelen mogelijk maakt uit een serie van concrete projecten en het gemeenschappelijke gebruik van 'best practices'. Bovendien zijn de concerns overeengekomen, wederzijds een belang te nemen in elkaars ondernemingen, waarbij de Renault-Nissan Alliantie een aandeel van 3,1% in Daimler neemt en Daimler een aandeel van 3,1% in Renault en van 3,1% in Nissan krijgt.

Dr. Dieter Zetsche, voorzitter van de raad van bestuur van Daimler AG en directeur van Mercedes-Benz Cars: "Daimler en Renault-Nissan hebben op talrijke gebieden gemeenschappelijke belangen, die een veelbelovende basis bieden voor een succesvolle, strategische en zinvolle samenwerking. Deze is gebaseerd op een serie concrete en attractieve projectovereenkomsten. Onze competenties bieden daarop een belangrijke aanvulling. Met deze samenwerking wordt onze concurrentiepositie in het segment van kleine en compacte auto's snel en duurzaam versterkt en bovendien kunnen wij onze CO2-emissies verlagen. Wij zijn ons er daarbij van bewust, dat wij ook bij gemeenschappelijke architecturen verschillende producten kunnen maken met behoud van de typische merkeigenschappen. De identiteit van de merken blijft onaangetast. "

Carlos Ghosn, bestuursvoorzitter en CEO van de Renault-Nissan Alliantie verklaarde: "De Renault-Nissan Alliantie heeft ervaring met succesvol samenwerken binnen coöperaties en deze expertise draagt ertoe bij, dat wij ons in de mondiale concurrentie staande kunnen houden, morgen nog meer dan vandaag. Door de overeenkomst die wij nu hebben gesloten, bouwen wij onze strategische samenwerking uit en door de uitbreiding en de versteviging van ons beider productaanbod bereiken wij duurzame voordelen voor de Renault-Nissan Alliantie en Daimler. Wij gebruiken alle gezamenlijke bronnen om nog efficiënter innovatieve technologieën te ontwikkelen die onontbeerlijk zijn voor het komende decennium."


Speerpunten van de samenwerking

Na diepgaande en constructieve gesprekken zijn concrete projecten afgesproken die onmiddellijk worden omgezet. Het gaat hierbij in het bijzonder om:


Nieuw, gemeenschappelijk ontwerp voor kleine auto's

De volgende generatie van de smart fortwo, een nieuwe vierpersoons auto van het merk smart en de volgende Renault Twingo worden op basis van een gemeenschappelijk platform ontwikkeld. De afzonderlijke auto's zullen zich qua productuitstraling duidelijk van elkaar onderscheiden. De ontwikkeling van deze nieuwe architectuur zal gebaseerd zijn op het unieke achterwielaandrijvingsconcept van de huidige smart modellen.

De marktintroducties van de gezamenlijk ontwikkelde modellen staan gepland vanaf 2013. De smart fabriek in het Franse Hambach zal worden belast met de productie van de varianten met twee zitplaatsen , terwijl de Renault fabriek in Novo Mesto, Slovenië, de productie van de afzonderlijke vierzitters voor haar rekening zal nemen. De gemeenschappelijk ontwikkelde auto's zullen vanaf de marktintroductie eveneens met elektro-aandrijving beschikbaar zijn.


Aandrijflijn

De focus van de samenwerking op het gebied van de aandrijflijn ligt op het gemeenschappelijke gebruik van uiterst zuinige diesel- en benzinemotoren door zowel Renault-Nissan als Daimler.

De Renault-Nissan Alliantie zal in dit verband uit haar portfolio benzine- en dieselmotoren met drie en vier cilinders aan Daimler leveren, die dan zullen worden aangepast aan de specifieke eisen en eigenschappen van Mercedes-Benz. Het resultaat biedt voor beide partijen voordelen: Daimler kan motoren uit de Renault-Nissan Alliantie gebruiken en daarmee aanvullende afzetmogelijkheden creëeren voor haar volgende generatie van premium compacte voertuigen. Tegelijkertijd kan Renault-Nissan haar productiecapaciteiten beter benutten.

Daimler, Renault en Nissan zullen bovendien samenwerken op het gebied van toekomstige benzine- en dieselmotoren. Beslissingen ten aanzien van de productieplaatsen voor de gemeenschappelijik ontwikkelde motoren zijn nog niet genomen, dit zal in een later stadium gebeuren. De gezamenlijke doelstelling hierbij is een evenwichtige verdeling van de werkzaamheden tussen de partners, die voor alle partijen voordelen biedt.

Daimler zal daarenboven benzine- en dieselmotoren uit zijn huidige aandrijvingsportfolio aan Infiniti (het premiummerk van Nissan) leveren. Daarbij gaat het om vier- en zescilinder motoren. Ook dit biedt voor beide partijen voordelen: Infiniti kan een beroep doen op de motoren van Daimler, terwijl Daimler zijn productiecapaciteiten beter kan benutten.

De samenwerking op het gebied van motoren zal op een technisch concept berusten, dat erop gericht is om de afzonderlijke individuele merk- en productidentiteiten te waarborgen en tegelijkertijd een uiterst concurrerentiële kostenstructuur mogelijk te maken. Op de eerste plaats levert een verregaande standaardisering van niet merkrelevante onderdelen voor beide partijen een substantiële besparing op. Ten tweede waarborgt de toepassing van de specifieke technologieën de uitgangspositie van de afzonderlijke eisen van de betreffende merken.

Essentieel is de verbetering van de concurrentiepositie van de deelnemende partners door een aanzienlijk groter volume en het delen van de ontwikkelingskosten, hetgeen navenante schaaleffecten met zich meebrengt.


Samenwerking op het gebied van lichte bedrijfswagens

De ondernemingen hebben bovendien overeenstemming bereikt over een nauwe samenwerking in het segment van lichte bedrijfswagens. Mercedes-Benz Vans zal in dit verband zijn productportfolio vanaf 2012 uitbreiden met een compleet nieuw instapmodel voor commerciële inzet. De technische basis van deze stadsbestelwagen zal afkomstig zijn van Renault, de productie van de auto vindt plaats in de Renault fabriek in het Franse Maubeuge. Beide partijen profiteren hierbij van extra afzetvolume, een betere benutting van de capaciteit en gedeelde investeringskosten. Dit alles samen leidt tot een verbeterde algemene kostenstructuur.

Aanvullend op deze samenwerking bij lichte bedrijfswagens wordt ook een selectie van aandrijflijncomponenten uitgewisseld om het productaanbod en het afzetvolume op het gebied van middelgrote bedrijfswagens uit te bouwen. Hieronder valt om een kleine dieselmotor en versnellingsbakvarianten, die Daimler van Renault-Nissan voor de Mercedes-Benz Vito gaat betrekken. Deze extra instapmotorisering biedt aanvullende afzetmogelijkheden voor Mercedes-Benz Vans en maakt een betere benutting van de capaciteit bij Renault mogelijk.


Kapitaaldeelneming

De strategische samenwerking wordt onderstreept door een unieke structuur in de kapitaaldeelneming. Daardoor krijgen de drie concerns de kans om op basis van een voor alle partijen gunstig partnerschap voor de lange termijn synergieën te bespreken, op elkaar af te stemmen en te ontsluiten. Bij de algemene structuur van deze overeenkomst gaat het om het principe van onderlinge participatie tussen Renault, Nissan en Daimler met telkens 3,1 procent in elkaars onderneming:

· Daimler krijgt 3,1 procent van nieuw uitgegeven aandelen van Renault;

· Daimler krijgt van Renault 3,1% van de bestaande aandelen Nissan;

· Renault krijgt 3,1% van de aandelen Daimler (eigen aandelen);

· Renault heeft onafhankelijk daarvan afgesproken, 1,55% van de aandelen Daimler uit te wisselen met Nissan tegen 2% van de aandelen Nissan;

· Renault en Nissan zullen daardoor elk 1,55% van de eigen aandelen van Daimler bezitten.

Deze strategische samenwerking wordt door Renault-Nissan B.V. – plaatsvervangend voor de Alliantie – en Daimler AG aangestuurd voor middel van een nieuw 'Cooperation Committee', waarin alle deelnemende partners vertegenwoordigd zullen zijn. Het Cooperation Committee staat onder leiding van Carlos Ghosn en Dr. Dieter Zetsche en bestaat uit leidinggevende managers uit de ondernemingen.


Verdere mogelijkheden van de samenwerking

Beide concerns stellen zich ten doel, een duurzame basis te leggen waarbij ook voor de toekomstige projecten een nauwe samenwerking tussen Renault, Nissan en Daimler wordt gedefinieerd. Beide partijen zullen na het afsluiten van de overeenkomst voor de strategische samenwerking en de implementatie van de eerste belangrijkste samenwerkingsprojecten verdere mogelijke samenwerkingsgebieden identificeren. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het onderzoeken van mogelijkheden om modules en componenten tussen Infiniti en Mercedes-Benz personenauto's gezamenlijk te gebruiken en de samenwerking in de Verenigde Staten, China en Japan tussen Nissan, Infiniti en Daimler. Bovendien zal worden onderzocht, welke mogelijkheden er zijn voor de gezamenlijke ontwikkeling van elektro-auto's en batterijen.