De E-klasse van Mercedes-Benz: al meer dan 5

De meest succesvolle auto ter wereld in het segment van de grote middenklassers. Een pionier op het vlak van veiligheid en innovatie waarvan er sinds 1947 meer dan 10 miljoen exemplaren verkocht zijn.

De geschiedenis van de E-klasse

1947 - De “170” was de eerste auto in deze reeks. De naoorlogse productie ging van start met het model 170V. De 170D werd in 1949 uitgebracht als de eerste naoorlogse personenauto met een dieselmotor. Tussen 1947 en 1953 werden er 140.000 exemplaren van de 170 met een benzinemotor gebouwd en 34.000 exemplaren met een dieselmotor.

1953 - De “Ponton” De modellen 180 en 190 stonden ook als de “Ponton Mercedes” bekend wegens de van de voorste tot de achterste spatborden ononderbroken carrosserielijn. Gedurende de negen jaar dat dit model in productie bleef, werden er meer dan 468.000 exemplaren van gebouwd, zowel benzine- als dieselvarianten.

1961 - De “Heckflosse” De “staartvin Mercedes” die intern de benaming W 110 droeg, kreeg zijn bijnaam wegens de vleugelvorm van het achterste spatbord. Tot februari 1968 werden er meer dan 628.000 exemplaren van gebouwd.

1968 - De “Strichacht” De reeks W 114/115 stond ook bekend als de “Strichacht Mercedes” waarmee naar het jaar 1968 verwezen werd, het jaar waarin de productie van start ging. In acht jaar produceerde Daimler-Benz meer dan 1.919.000 exemplaren van dat model, dat zijn er meer dan drie keer meer dan van de voorganger. Met de “Strichacht” werden ook nieuwe motoren en carrosserievarianten in het segment van de grote middenklassers ingevoerd. In 1968 werd het modelaanbod uitgebreid met een sedan met lange wielbasis alsook met een coupé.

1976 – De ”123” reeks die volgde, leverde nog een andere modelvariant op – het T-model of de break. Het T-model was niet alleen de eerste break die Mercedes-Benz Stuttgart op de markt bracht, het was ook een van de eerste breaks in dat segment. Toen de productie in 1985 stopgezet werd, waren er meer dan 2.697.000 exemplaren van de W 123 reeks gebouwd.

1985 – De “124” Met de 124 reeks kwam er een vijfde carrosserievariant op de markt voor het segment van de grote middenklassers – een cabriolet. Toen die in september 1991 uitkwam, betekende dat het einde van een periode van 20 jaar zonder open vierzitter. De 124 reeks was ook nog om een aantal andere zaken opmerkelijk. Na een verjongingskuur in 1993 was dit model het eerste dat als de “E-klasse” bekend raakte. Tussen 1985 en 1995 bouwde Mercedes-Benz meer dan 2.649.000 exemplaren van die reeks.

1995 - De “210” werd in juni 1995 voorgesteld als de opvolger van de 124 reeks. De opmerkelijke voorzijde met vier ellipsvormige koplampen was kenmerkend voor de auto, terwijl de vormgeving van de achterzijde op die van een coupé leek. Het model met zijn opvallende vorm en grote verscheidenheid was van meet af aan populair. De nieuwe reeks viel echter niet alleen op door zijn onmiskenbare vormgeving, maar ook door de lage Cx-waarde van 0,27. In de W 210 reeks werden niet minder dan 30 technische innovaties ingebouwd. De E-klasse doet zijn reputatie als innovatiepionier eer aan met zijn erg uitgebreide standaarduitrusting. Van de Mercedes-Benz 210 worden er jaarlijks ongeveer 200.000 stuks verkocht en daarmee is dit model de meest succesvolle limousine in het segment van de grote middenklassers. De E 210 die internationaal een marktaandeel van 24 % heeft, kon de voorbije zes jaar zijn leiderspositie nog verstevigen. Ook in 2001 bleef zijn sterke concurrentiepositie onaangetast: van januari tot november werden er immers meer dan 187.800 exemplaren van verkocht.

Totale productie van de reeks

De bijzondere positie die de E-klasse in het modelaanbod van Mercedes-Benz inneemt, wordt pas echt duidelijk wanneer men de cijfers bekijkt: de E-klasse maakt meer dan 45 % van de totale productie van personenauto’s sinds 1947 uit. Dat betekent dat er in november 2001 al meer dan 10 miljoen exemplaren van die reeks gebouwd waren.